Nog eenmaal het gebied doorgelopen langs het Tsjûkemar. Een bekend stuk waar ik al eerder een wandeling en veel foto’s heb gemaakt. Toch is dat nooit hinderlijk, in tegendeel. Je kijkt weer opnieuw naar de omgeving en je oog valt weer op andere dingen. En ook zo verbazend dat op de heenweg de beleving van het landschap anders is dan op de terugweg. Als ik langs het gemaal van Echten loop verwelkomen mij de honden van dat erf mij, opnieuw hard blaffend. Je mag er zijn, maar niet op hun erf, dat laten ze duidelijk blijken. Storm, mijn labrador die met mij meeloopt is niet onder de indruk en laat de twee blaffende soortgenoten gewoon links liggen. Als ik bij het Tsjûkemar uitkom is het bankje langs het water bezet. Ik groet en wij raken aan de praat. de dame vraagt mij nieuwsgierig of ik een toerist ben. Nee, ook ik woon hier niet ver vandaan en ik vertel van de kunstroute die straks plaats zal vinden en waaraan ik deelneem. Vertel over mijn wandelingen en mijn werk en mijn fascinatie voor dit gebied. Zij is op haar eigen wijze verknocht aan het Tsjûkemar. Zij vertelt waarom ze dit zo bijzonder vind, deze plek en deze stilte. Ze woont hier vlakbij en wijst richting het dorp Echten. Elke middag fietst ze hier naar toe en bij droog weer zit ze hier een paar uur te genieten van dit prachtige landschap. Daar vinden we elkaar, in de leegte van dit landschap waar wij beiden van houden. In de stilte van dit landschap valt ook letterlijk de stilte tussen ons twee in begrijpend dat dit niet met woorden uit te leggen is. Zelfs Storm is er rustig bij gaan liggen. Het water beweegt zich op het ritme van de wind, soms met schuim, en in allerlei kleurschakeringen. Je kunt er uren naar kijken en het is een spel waar je nooit genoeg van krijgt. Zodra ik mij beweeg om weer verder te wandelen is hij alert en springt op, gaan weer op pad en nemen afscheid van de dame. Zij blijft genietend achter.
Een eindje verder valt het mij op dat in dit landschap ook oud en nieuw, twee contrasten zich samenvoegen tot een mooi harmonieus beeld. Dode takken van bomen, zij laten het leven achter zich, opgeslokt door het geweld van water. het riet wat ervoor staat heeft nog de dode rietstengels en pluimen fier overeind staan. Je ziet alweer de groene randen opkomen van het nieuwe riet. Maar ze geven zich nog niet gewonnen en samen met het dode hout zijn het nog steeds de stoere skeletten van een tijd hiervoor, resten uit een of ander verleden.
Storm ontdekt op zijn eigen wijze de waterkant en is ook geboeid door het stuk waar ik sta te fotograferen. Ik zie hem niet meer maar zo af en toe als ik een foto wil nemen komt er plotseling wel veel beweging in de takken. Natuurlijk, hij gaat ook zijn eigen weg en is op zoek naar een tak. Hij doet niets liever dan het verzamelen van takken onderweg en meenemen naar huis. Hij kan dan thuisgekomen uren zich bezig houden met de veroverde vondsten. Hij heeft geen oog voor mijn foto’s, hij ziet niet de schoonheid, hij is op zijn eigen manier aan het zoeken in dit gebied, zijn eigen spanningsveld.
We lopen een mooi eind en teruglopend bekijk ik nog eens de fraaie warrige rietpluimen. Als mooi gevormde vlaggen door de tijd zijn het bijna objecten in het landschap. Nog eenmaal grijp ik mijn camera om niet te vergeten, momenten te bevriezen om later in mijn atelier weer op hun eigen wijze een rol te gaan spelen in mijn werk.
Teruglopend kom ik langs het bankje met de dame, en ze vraagt of het gelukt is met mijn wandeling en wat foto’s. Ik laat ze haar zien en verbaasd zegt ze, nu woon ik hier al mijn hele leven en eigenlijk zie ik nu een ander Tsjûkemar. En met verbazing zegt ze, eigenlijk heb jij maar hele tijdelijke dingen vastgelegd en soms ook dode dingen, die zo mooi zijn. Zachtjes mompelt ze dat ze eigenlijk nog nooit zo naar dode dingen heeft gekeken. Ik probeer haar uit te leggen dat het mij hierom gaat om niet te vergeten van dingen die voorbij gaan. Weet je zegt ze, nu ik ouder ben vraag ik mij dat ook wel eens af, als ik er niet meer ben hoe lang zal men er dan nog iemand denken aan mij en ze blijft lang zwijgend staren over het water. Ik neem nu echt afscheid, ik vertel haar dat ik een waardevol gesprek met haar heb gehad en dat dit als herinnering voor mij blijft bestaan, zeker als ik deze foto’s weer zal zien door de tijd heen.