De laatste tijd heb ik veel nagedacht over het geheugen van het landschap. Heeft een landschap een geheugen, en wat is dan “Het geheugen van het landschap”…….. is het te vangen in woord of beeld, in vormen of lijnen. Voor mij is het in ieder geval de beweging, door de tijd, het moment wat voorbij is, wat het achterlaat en weer voortbrengt. Het zijn resten uit de tijd, de stapelbare lagen en waar steeds nieuwe lagen aan toegevoegd worden. Een archeoloog is dat letterlijk aan het onderzoeken, de gelaagdheid in het landschap. In de aarde, de grondlagen en met de kennis die al vergaard is, ontstaan ook weer nieuwe inzichten. Maar wat ga je dan onderzoeken binnen het landschap als kunstenaar………en hoe geef je dat dan vorm. Het zijn voor mij nog open vragen waar ik in stilte, observerend en reflecterend antwoorden op wil vinden, los van mijn vertrouwde omgeving om op afstand opnieuw te kunnen hervinden. Het Achil-Island heeft een indrukwekkend landschap. Grote hoogtes, uitgestrekte en lege landschappen, aangetaste landschappen, veen- en dun bevolkte landschappen, de zee- en getijde landschappen. De tijd is beperkt tijdens mijn residentieperiode, alhoewel 3 weken ook wel weer prachtig zijn om de diepte in te springen voor mijn onderzoek naar het geheugen van het landschap. Voor mij is dat niet alleen de gelaagdheid in de lagen van de aarde, maar ook de verhalen van de Achil Islands voegen een laag toe.
In de residentie te Emmen (Drenthe) hebben mij de stenen en de verbondenheid met mijn jeugd aardig bezig gehouden. Hier liggen vele stenen door het landschap, het wordt gebruikt voor muurtjes door het landschap om ook de schapen redelijk binnen een gebied te houden op de bergen. De oude huizen zijn opgetrokken uit de stenen die de natuur biedt.
Het verlaten dorp in Slievemore , Achill Island, hier moet een geheugen liggen van het landschap. Alleen om de naam “het verlaten dorp”is het al boeiend, en een wandeling waard.
100 Stenen huisjes op de zuidelijke hellingen van de berg Slievemore. Sommige huisjes van deze woningen werden bewoond als zomerse ‘booley’ huizen tot in de 20 e eeuw, de bewoners van het eiland kunnen zich dat nog herinneren. Booley-huizen voor bewoners van dit gebied was het leven op verschillende locaties tijdens de zomer- en winterperioden, voornamelijk om vee in de zomer te laten grazen. Een levend geheugen van nog niet zo heel lang geleden. Het gebied zelf is rijk aan archeologische artefacten, waaronder megalithische graven uit de neolithische periode zo’n 5000 jaar geleden. Het grotere verhaal van het verlaten dorp in Slievemore is echter complexer dan het verlaten van booleying. Er wordt gedacht dat het dorp in verschillende stadia van de geschiedenis werd bewoond, waarbij sommige gebouwen misschien bovenop vorige woningen werden gebouwd. Door onderzoek van de veldsystemen rond het Deserted Village, archeologisch onderzoek en historisch onderzoek, is vastgesteld dat de nederzetting tenminste dateert uit de Anglo-Normandische periode (12e eeuw na Christus).
Eeuwenoude stenen, eeuwen lang zijn zij getuige geweest van het leven hier op deze berg, de gebeurtenissen op deze plek, het aanleggen van de aardappelveldjes, de goede en mislukte oogsten, de seizoenen, het leven en overleven, gesprekken…….. Zij hebben alles gezien, maar zij zwijgen. De aardappelveldjes, hoeveel eeuwen heeft men hier aardappelen geplant en geoogst, zoals je ook in het leven plant en oogst. Ik moet even denken aan de moeders die oogsten en planten, het leven soms ook heel hard was en waarin geboorte en dood dicht bij elkaar lagen, en ik moet denken aan Esther Jansma haar rechtstreekse verwijzing in een van haar gedichten naar het verlies, met de zin: “als aardappelen die iemand opschept met een schort voor”.
Het verlaten dorp, ook hier neemt de natuur het over. Het zand en zaad uit de omgeving waait tussen de stenen en ondanks de gebeurtenissen gaan zij gewoon hun gang. Er bloeien grassen en bloemen want zij hebben hier weinig nodig. Zij bewegen mee met de seizoenen.
Het verlaten dorp in Slievemore is een angstaanjagende herinnering aan vroegere tijden. Een paar uur doorgebracht van huisje naar aangrenzend huisje, langs het oude pad en door aangrenzende velden met hun richels en voren is een reis terug naar een ongerijpbare tijd. Beschut onder de hellingen van Slievemore en verborgen voor de 21e eeuw, is deze rustige hoek van een afgelegen eiland een perfecte plek voor reflectie en herinnering.
Esther Jansma (archeoloog / dichter), maakt gedichten waarin haar achtergrond van archeologe en eindigheid altijd in doorklinken. Wat deze stenen, dit gebied en deze resten uit het verleden in mijn werk voor rol gaan spelen, dat houd ik open. ik bewaar het en neem het mee in mijn herinnering.
Archeologie
Als we ons dan toch moeten kleden,
tegen kou bijvoorbeeld, of in naam van iets,
in resten van dit of dat verleden,
verhalen en geheugensteuntjes die niets
vertellen dan dat we er al waren
in de tijd die bestond voor dit heden –
als wij onszelf alleen in het nu kunnen bewaren
door onszelf voortduren uit te vinden in het nu
dan liefst eenvoudig, aan de hand van kleding.
Je zit aan tafel. Opeens zie je hoe iemand
ijs overstak, hoe hem de kou beving
of een ander einde en je zegt: kijk,
hier heb je zijn schoenen, leren mantel, wanten.
‘Waar is de tijd? Hier is de tijd.’
Esther Jansma, uitgave “Waar is de tijd”